Le Comte   Hoofmenu publicaties
Inleiding Eerste reeks brieven
 1   2   3   4   5   6   7   8 
Tweede reeks brieven
 1   2   3   4   5   6   7 

Afdrukken als pdf



BESCHRYVINGE Van het machtige KEYSERRYK CHINA


Walter de Smaele

maart 2012

 

1A le comte.jpg

Dit boek van Louis Le Comte s.j. is een vertaling van zijn Nouveaux mémoires sur l'état présent de la Chine, in 1696 verschenen bij Frédérique Touboul-Bouyeure. De vertaler is mij onbekend.

De inhoud van het werk

1.      Na het titelblad en de frontispice

2.      volgt een opdracht aan Lodewijk XIV "sijne Alderchristelijkste Majesteyt". Le Comte juicht het toe dat de koning missionarissen uitstuurt en hoop op verdere steun. " 't Is niet, Sire, met een voornemen om uwe Staten te vergrooten, dat ik van so verre die nieuwe bijstant kome te versoeken."

3.      In zijn "voorreden" wijst hij er op dat onze woorden en vergelijkingen vaak niet geschikt zijn om over vreemde landen te spreken. Bovendien moet men proberen het goede en het minder goede te onderscheiden. "Niet te min also het beswaarlijk is om gansch stil te swygen, wanneer men van so verre komt, en om dat ik voor so veel de Godsdienst aangaat niet naarlaten kan, de voortgangen die deselve in 't Oosten gehadt heeft, bekent te maken: so beken ik, dat ik blyde geweest ben, om deswegen dikmaals de sodanige te onderhouden, die de best geintentioneerde sijn, en die eenigen yver voor ons heylig geloof hebben."

4.      Daarna volgen de "Tafels" van de twee delen met de geadresseerden van de brieven en de onderwerpen die erin besproken worden. Elke brief heeft een eigen onderwerp. Op die manier krijgt de lezer van het boek, een beeld van China in al zijn aspecten. Hij handelt over zijn reis naar Siam en Peking, zijn ontvangst bij de keizer, over de steden, de kanalen, het klimaat, de levenswijze van de Chinezen, het schrift, de regering, het Boeddhisme. In de laatste brieven handelt hij over de missionering. Hij benadrukt daarin de vooruitgang van het christendom en de steun die de keizer verleent.

5.      De laatste brief komt alleen in de Nederlandse uitgave voor. Het is een brief van Ferdinand Verbiest "...geschreven uyt het Hof van Peking wegens een reyse, die de Keyser van China in 't jaar 1683 in het West Tartarien gedaan heeft." Verbiest benadrukt hoe lastig die reis voor hem wel was.

6.      Het boek eindigt met een "Register": een alfabetische lijst van personen en zaken.

7.      Er staan 9 platen met geëtste afbeeldingen in het boek, en 1 plaat met "Verhandeling van alle de woorden die de Chinesche spraak uytmaken".

A.      Frontispice: Nieuwe beschryvinge van China.

B.      Cam-Hy Keyser van China en van het Oosters Tartaryen. Out 41. Jaaren en op syn 32. Jaar Geteykent.

C.      Observatorium van Peking. (Fol. 50)

D.     4 intrumenten die F. Verbiest liet maken. (Fol. 52)

E.      2 instrumenten van Verbiest, de boom Outom-chu, en het eiland Sanciam.

F.       4 typen van klederdracht. (Fol. 94)

G.     Wyse van Varen, en Throon van de Keyser van China... (Fol. 178)

H.     Guytery der Chinesche Papen Ontdekt. (Fol. 250)

I.        Groot Jagt vande Keyser van China. (Fol. 384)

De tweede uitgave van het werk verscheen al in 1697.

Afbeelding (2).jpg

Op 17 november 2011 stond op het net een beschrijving van deze tweede editie van Nouveaux mémoires sur l'état présent de la Chine :

http://www.chineancienne.fr/17e-18e-s/le-comte-nouveaux-m%C3%A9moires/

A Paris, chez Jean Anisson. Volume I, deuxième édition, 1697, XXXII+410 pages. Volume II, première édition, 1696, 536 Pages. Illustrations. La parution des Nouveaux Mémoires "va déclencher un conflit théologique, une série de pamphlets pour ou contre, et imposer la Chine à l'attention de la France et de l'Occident" (Etiemble).

De achtste uitgave werd in 1990 door Phébus in Parijs uitgegeven onder de titel Un Jésuite à Pékin. Nouveaux mémoires sur l'état présent de la Chine.

Pierre Henri Durand besprak die uitgave in Etudes chinoises. Hij beschrijft de inhoud van Le Comte's werk dat hij waardeert, maar is minder te spreken over de commentaren van mevrouw Touboul-Bouyeuse. (Pierre Henri Durand, Lire ou relire le Père Le Comte, in Etudes chinoises, vol.XI, nº1, 1992.)

lecomte 8e editie.jpg

 

Louis Daniel Le Comte s.j. behoorde tot 'Les mathématiciens du roi' die in maart 1685 uit Brest naar China vertrokken: Jean de Fontaney (1643-1710), Jean-François Gerbillon (1654-1707), Louis Le Comte (Bordeaux 10 oktober 1655 - Bordeaux 19 april 1728), Claude de Visdelou (1656-1737), Joachim Bouvet (1656-1730) en Guy Tachard (1648-1712). Zie ook Dehergne, J., Répertoire..., 1973 p. 146 (CB 2000/1834).

Pater Tachard bleef in Siam. Hij schreef twee werken over de jezuïeten in Siam: Voyage de Siam des Pères Jésuites envoyés par le Roi aux Indes et à la Chine, Seneuze/Horthemels, Parijs, 1686 (met een heruitgave bij Pierre Mortier, Amsterdam in 1687) en Second voyage du Père Tachard et des Jésuites envoyés par le Roi au royaume de Siam, Horthemels, Parijs, 1689 (en bij Pierre Mortier, Amsterdam in 1689).

De vijf anderen kwamen op 23 juli 1687 aan in de haven van Ningbo en op 8 februari 1688 in Beijing. Bouvet en Gerbillon werden in keizerlijke dienst aangenomen. Le Comte bereisde China en deed astronomische observaties. In een brief aan Verjus van 2 augustus 1692 kondigde hij aan dat hij een kaart van Gerbillon over Tartarije, Chinese boeken, astronomische observaties en gegevens over planten zou meebrengen.

 

In 1694 was Le Comte terug in Frankrijk als procureur en publiceerde zijn 2 werken: Nouveaux mémoires sur l'état présent de la Chine, Paris, 1696, 1697 en 1701, 3 vol. in 12º, en Lettre à M. Le duc du Maine sur les cérémonies de la Chine, Liège, 1700. Ze werden door Innocentius XII in 1702 veroordeeld.  Le Comte was voorstander van een degelijke inculturatie. In 1700 kregen de Franse jezuïeten in Beijing een eigen residentie en een eigen provinciaal.

Pater Gerbillon schreef op 7 oktober 1701 vanuit Peking een brief naar zijn broer waarin hij het boek van Le Comte aanbeval als goede informatie over China. Nouveaux mémoires is opgevat als een verzameling brieven. Elke brief behandelt een ander aspect van China. Daardoor zou men kunnen denken dat het hier niet echt om brieven gaat, maar dat wordt tegengesproken door het feit dat elke brief nadrukkelijk een eigen geadresseerde heeft en dat Le Comte in meerdere brieven verwijst naar een gesprek dat hij vroeger met de geadresseerde had.

inleiding  fragment.jpg

Fragment IIe deel, derde brief p. 258.

Hij vraagt de illustere dames en heren, die allen cirkelen rond het hof van Lodewijk XIV, steun voor de Chinese missie. Een beetje vleierij kan daarbij wel helpen, moet hij gedacht hebben.

 

2 le comte titel.jpg

 

De geadresseerden van de brieven

Een paar werken die kunnen helpen om het milieu van de geadresseerden te begrijpen:

Louis XIV et le Siam van Dirk Van der Cruysse, Fayard, 1991 (CB ex. 2006/5147) geeft een beschrijving van het kolonialisme in Siam vanaf de Portugese hegemonie in 1510 tot "La fin du mirage" in 1688. De rol van pater Tachard komt natuurlijk uitgebreid ter sprake.http://bits.wikimedia.org/skins-1.18/common/images/magnify-clip.png

Het leven aan het Franse hof van Emmanuel Le Roy Ladurie, Bert Bakker, 1999 (CB ex. 2000/191) kan helpen om sommige geadresseerden te leren kennen. De oorspronkelijke titel is Saint-Simon ou le système de la Cour, Arthème Fayard, 1997. Over de families Phélypeaux en Bignon bv. kan men er lezen hoe ze door Madame de Maintenon en Lodewijk XIV handig gemanipuleerd werden.

Opdracht aan Lodewijk XIV

Het werk werd aan Lodewijk XIV opgedragen "Aan sijne Alderchristelijkste Majesteyt". Het stuk is vrij onbeschaamd vleierig. Le Comte overdrijft in deze opdracht de steun die de Chinese keizer aan het christendom zou verlenen, misschien om op zijn beurt meer steun van Lodewijk XIV te krijgen. De koning wordt vaak Lodewijk de Grote genoemd.

opdracht 1.jpg

opdracht 2.jpg

De geadresseerden

3 le comte.jpg

Aan de Heere van Pontchartrain

"Phélypeaux ou Phélippeaux, famille de magistrats célèbres, qui a donné sans interruption à la France, pendant 165 ans, des ministres et des secrétaires d'Etat." (Dictionnaire général de biographie et d'histoire... Paris, 1873, p. 2096 (CB 2003/1153).

Louis Phélypeaux (1643-1727) marquis de Phélypeaux, comte de Pontchartrain, Chevalier des Ordres du Roy. Louis Phélypeaux werd kanselier in 1699. Als kanselier had hij vele bevoegdheden over vloot, handel, kolonies, hofhouding, financies, godsdienstige aangelegenheden. Hij was een tegenstander van François Fénelon en het quiétisme, maar intimus van Lodewijk XIV. Een levensbeschrijving in De Feller,F.X., Dictionnaire historique, 1823, vol 10,  p. 493  (CB 2007/2413).

De brief is niet gedateerd. Le Comte beschrijft zijn reis naar Siam en Peking. Hij vertrekt "in 't begin van den Jare 1685" en komt op 8 februari 1688 in Beijing aan. "La décision d'envoyer au Siam des Jésuites français versés dans les mathématiques fut prise à Versailles avant la mi-décembre 1684. Louis XIV, Louvois, le P. de La Chaize et le P. Jacques Pallu, Provincial de Paris et frère du défunt évêque d'Héliopolis, semblent avoir arrêté l'affaire entre eux. " (Van der Cruysse, D., 1991, p.280).

Aan Mevrouwe de Hertoginne van Nemours

Marie de Logueville duchesse de Nemours (1625-1707) was een intelligente en zelfstandige vrouw. Ze werd vroeg weduwe en stierf op hoge leeftijd kinderloos.

Aan den Heere Cardinaal van Furstenberg

Willem Egon, graaf van Furstenberg (1629-1704), bisschop van Straatsburg (1682) en kardinaal (1682) was de broer van François Egon Furstenberg (1626-1682). cf. Courtin,M., Encyclopédie moderne..., Bruxelles, 1827-1830, vol. 11, p. 316 (CB 2009/3342).

Aan den Heere Grave van Crecy

Louis Verjus, graaf van Crecy (1626-1709), staatsraad.

Aan den Heere Marquis van Torsi, Secretaris van Staat wegens d'uytheemsche saken

Jean-Baptiste Colbert, markies van Torcy (1665-1717) was minister van buitenlandse zaken onder Louis XIV van 28 juli 1696 tot 22 september 1715. Hij wordt ook vernoemd in de eerste brief als mede organisator van de zending van de zes jezuïeten.

Aan Mevrouwe de Hertoginne van Bouillon

Marie Anne Mancini (1649-1714) was een nicht van Jules Mazarin. Ze huwde in 1666 Godfried Maurits de La Tourd'Auvergne, hertog van Bouillon (1641-1721). Ze was de jongste van de 'Mazarinettes'. Haar nonkel was Kardinaal Mazarin. Ze bewoog zich elegant aan het hof van Lodewijk XIV. Ze kreeg 7 kinderen.

In 1676 veroverden de Fransen het hertogdom Bouillon. Twee jaar later gaf Lodewijk XIV het in leen aan een neef van Turenne. Het hertogdom Bouillon werd een Frans protectoraat, zij het dat er een grotere culturele vrijheid heerste dan in Frankrijk. Het was 230 km² groot en had tegen het einde amper 2500 inwoners. Het huis La Tour d'Auvergne heerste over Bouillon van 1594 tot 1794.

Aan de Heere Aarts-Bisschop van Rheims

Charles Maurice Le Tellier (1642-1710), broer van "Louvois", zoon van Michel Le Tellier, in 1677 kanselier van Frankrijk (1603-1685). François Michel Le Tellier, marquis de Louvois (1641 - 1691). "Louvois" was, onder Lodewijk XIV, verantwoordelijk voor het leger. Louvois wordt ook op p.2 van de eerste brief vermeld.

Aan den Heere Phelipeaux Secretaris van Staat

Louis II Phélypeaux, markies de La Vrillière (1672-1725), een van de vier secretarissen van staat, was bevoegd voor de protestantse religie.

 

4 le comte.jpg

Aan den Heere Cardinaal d'Estree

César kardinaal d'Estrées (1628-1714). Hij was hertog en bisschop van Laon. Hij was lid van de Académie Française.

Aan den Heere Cardinaal van Bouillon

Emmanuel-Théodose, duc d'Albret, cardinal de Bouillon (1643-1715).

Aan den Heere Rouillie ordinaris Raatsheer van Staat

Niet geïdentificeerd.

Aan Vader de La Chaise Biechtvader van den Koning

François de la Chaise (1624 – 1709) Franse jezuïet, was levenslang biechtvader en intimus van Lodewijk XIV.

Aan den Heere Cardinaal Janson

Toussaint de Forbin-Janson (1631-1713, kardinaal en bisschop van Beauvais, speelde een rol in het conflict van Lodewijk XIV met Rome, in verband met de macht over de clerus.

Aan den Heere Abt Bignon

Abbé Jean Paul Bignon (1662-1743), abbé de Saint-Quentin-en-l'Isle, oratoriaan was predikant van Lodewijk XIV, wetenschapper en koninklijk bibliothecaris.

De brief van F. Verbiest

De brief is gedateerd Peking 4 oktober 1683. "Van Vader Verbiest uyt Peking. Wegens een reyse van de Keyser naar West-Tartarien." In de Franse uitgave komt die brief niet voor. Ze is klaarblijkelijk speciaal voor de Nederlandstalige lezers, toegevoegd. De brief begint: Eerwaarde Vader. De Vrede van Jesus-Christus.

 



Bladeren:     Vorige Top (+ menu) Volgende