Le Comte   Hoofmenu publicaties
Inleiding Eerste reeks brieven
 1   2   3   4   5   6   7   8 
Tweede reeks brieven
 1   2   3   4   5   6   7 

Afdrukken als pdf



DEEL 2. Eerste brief

deel II titelblad.jpgdeel II begin 1.jpg

Deze vrij lange brief (pp. 189-235) handelt over de Chinese staatkunde en kon in Frankrijk op veel belangstelling rekenen. In zekere mate werd het Chinese staatsbestel geïdealiseerd en in Frankrijk werd er dan ook gedweept met het 'Chinese model'. "Onder alle de denkbeelden van regering die d'outheyt sig geformeert heeft, isser misschien niet een, die een volmaakter Monarchie als die der Chinesen is, bevestigt....en gelijk of Godt selfs daar van de wetgever was geweest, de forme van desselfs regeringe is in haar oorsprong niet meer onvolmaakt geweest, als deselve naar meer als vier duysent jaaren, dat deselve geduyrt heeft, tegenwoordig is." De Chinezen wisten niets af van wat een republiek zou kunnen zijn en stonden dan ook zeer verwonderd wanneer ze de Hollanders hoorden. "Maar so sy een afkeer van een gemeene bests regering hebben, so sijnse noch te meer tegen een tyrannijke regering gekant..." (p. 190) Dat een land zonder koning kan geregeerd worden gaat hun verstand te boven. "Het gesag sonder bepalingen, 't welk de wetten aan den Keyser geven, en de nootsakelijkheyt die sy hem te gelijk opleggen, om sig daar van met gematicheyt te bedienen, sijn de twee pylaren, die 't sedert so veele eeuwen dat groote gebouw van de Chinesche Monarchie opgehouden hebben. Mitsdien so is het eerste gevoelen 't welk men de Volkeren ingeboesemt heeft gehadt, een eerbiedigheyt voor de Vorsten geweest, dewelke sig bykans tot aanbiddinge toe uytstrekt."

Dergelijke inleiding moet aan het hof van Lodewijk XIV wel indruk gemaakt hebben. Le Comte spreekt verder over hofceremonieel, over de 'prinsen', de exclusieve macht van de keizer om doodsvonnissen te bekrachtigen, belastingen te heffen, oorlog te voeren enz.

De macht wordt beperkt door drie principes: 1. Wie regeert is als een vader voor het volk. 2. Ieder mandarijn mag opmerkingen formuleren over het beleid (al vraagt dat wel veel moed). 3.De geschiedenis zal oordelen over de vorst. Daartoe worden de verslagen, met goede en kwade feiten verzameld en na de dood van de vorst beschreven in een officiële geschiedenis.

Pp. 198 - 203 handelen over de rustige aard van het volk, de raadgevende vergaderingen, de gerechtshoven, de inspecties, de onderkoningen en de stadsvoogden, de mogelijkheid om beroep te doen op de keizer en hoe dat dient te gebeuren.

Er zijn drie principes van de zedenleer die "heel veel tot de gemeene ruste toebrengen, en die de ziele van de regering maken." 1. De eerbied van de kinderen voor hun vader. Dat wordt over 3 pagina's met voorbeelden aangetoond. 2. De mandarijnen vertegenwoordigen de keizer. "Die diepe eerbiedt van de kinderen voor haar Vader, en die veneratie die de Volkeren voor haare Madarijns hebben, behouden meer als eenig ander ding de vrede in de huysgesinnen, en de ruste in de Steden; en ik ben versekert, dat de goede ordere onder so een groot Volk, voornamentlijk uyt die twee oorspronkelijkheden voortkomt." 3. De chinezen zijn zachtmoedig en beleefd en hebben een grote dunk over zichzelf. "'t Is daar door seggense, dat de menschen sig van de Beesten, en de Chinesen sig van andere menschen onderscheyden." Le Comte geeft dan voorbeelden zoals "De Brieven die sy aan malkander schrijven, behelsen een ander poinct van beleeftheyt, 'twelk sijne verborgentheden gelijk al de rest heeft."

Die drie princiepen van de zedenleer worden door vier regels van de staatkunde ondersteund: 1."...noyt eenigh ampt aan yemandt in sijn Provintie te geven..." 2. De kinderen van de mandarijnen die een provincie besturen, worden aan het hof gehouden. 3. Er is toezicht van de keizer op het bestuur van de provincies. 4. Ambten worden alleen toegekend aan diegenen die slaagden in de staatsexamens. 5. "niet te dulden dat de vreemdelingen sig in haar Keyserrijk ter neder stellen." 6. "...dat men geen erffelijke edelheyt noch eenige andere rang onder de menschen erkennen moet, als die daar de ampten deselve toe verheffen." 7...."so wel in Vrede als in Oorlog groote Legers t' onderhouden..." 8. De goede bestuurders krijgen eretitels. Er zijn negen orden van mandarijnen en elke orde heeft nog twee trappen. Individuen kunnen in een tempel vereerd worden maar er zijn ook strenge straffen. 9. "...de Vrouwen op eenigerley wijse van de sigtbare ommegang der werelt uyt te sluyten..." 10. " een groote loop aan de koophandel door het gansche Keyserrijk te geven."

Van de staatkunde naar de 'Stadts-regeering' . Daarin handelt hij over stadsbestuur, vorm en versterking van de steden, de huwelijken, het kopen van vrouwen, het gebruik van de kalender en zonnewijzer, munten, wijze van betalen, de wegen (3 pagina's), rijstvoorraden enz.

"Daar hebt gy, Myn Heere, een algemeen denkbeelt van de Regeringe van China, waar van men met verwondering gesproken heeft, en die in der daad ook verwonderlijk is, wegen haar outheyt, wegen de wijsheyt van haar Staatregels, wegen de eenvoudicheyt en eenparicheyt van haare wetten, wegen de voorbeelden van de deucht, die deselve in een lange reeks van Keysers voortgebragt heeft, en wegen de goede ordere diese onder het Volk, ongeagt de inlandse en buytenlandse Oorlogen gehouden heeft; maar die ook gelijk alle dingen van dese werelt veele inconvenienten onderworpen is; dat is te seggen, aan opstanden, die dikmaals de Vorsten verwoest hebben; aan d'onrechtvaardicheyt van verscheyde Koningen, die haar gesag misbruykt hebben, aan de begeerlijkheyt van de Mandarijns, die de Volkeren dikmaals onderdrukken, aan d'invallen der vreemdelingen, aan d'ongetrouwicheyt der huysgenoten, en aan een over groot getal van omwendingen, die mogelijk het Rijk verandert souden hebben, so eenige meer geschaafde Volkeren als de Tartaars sijn, de nabuyren van China geweest waren, om aldaar haar bysondere regering in te voeren."

 



Bladeren:     Vorige Top (+ menu) Volgende